Zorgverzekeraar Zorg en Zekerheid

Een digitale vinger aan de pols?

Blog
Ziet u ook steeds meer mensen met allerlei soorten wearables om hun pols rondlopen? Van die iets te grote horloges, of meer of minder mooi vormgeven armbandjes? Het ene apparaat meet alleen het aantal stappen per dag, het ander houdt ook je hartslag en slaappatroon bij en geeft je gevraagd en ongevraagd adviezen over hoe je je leefstijl kunt aanpassen.

Het dragen van zo’n gadget straalt in ieder geval uit dat je goed bezig bent met je gezondheid. Collega’s noemen vaak terloops bij de koffie, dat ze gisteren veel meer dan de gewenste 10.000 stappen op de teller hebben staan. Ik meen soms een licht verwijtende blik te bespeuren wanneer ik vermoed dat ik niet genoeg stappen heb gezet.

Ben ik jaloers? Een beetje. Of ben ik bang voor het genadeloze oordeel van de stappenteller over iemand met een zittend beroep? Stiekem zou ik er eigenlijk best ook een willen hebben. Ik hou van gadgets en ben groot voorstander van ICT-toepassingen in de gezondheidszorg. Maar dan wil ik wel een betrouwbaar topapparaatje.

Stiekem hoop ik dat mijn verzekeraar meebetaalt want: het scheelt uiteindelijk zorgkosten. Een kwieke leefstijl zorgt er namelijk mede voor dat je gemiddeld langer én in goede gezondheid leeft, dus dat is op zich een geweldige ontwikkeling.

Het bijzondere is alleen dat het merendeel van de mensen die hun hartslag en de hoeveelheid stappen per dag meten, vaak al bewust bezig zijn met hun gezondheid. Prima dat ik 10.000 stappen zet in plaats van de gebruikelijke 9.000. Ik kan dan ook bij de koffie trots mijn gemiddelde van de afgelopen week melden. Maar zorgt zo’n wearable ook daadwerkelijk voor een grote verbetering van mijn gezondheid?

Moet een zorgverzekering meebetalen aan preventieve techniek die een gezonde leefstijl bevorderen? Waarom houdt deze vraag mij bezig? Iedereen moet toch zeker zelf weten of hij of zij zo’n ding draagt en zoals ik vaak tegen mijn kinderen zeg, als ik iets graag wil hebben, zal ik
moeten sparen. De vraag houdt mij bezig omdat ook in Nederland gezondheid niet eerlijk is verdeeld. Mede door een ongezonde leefstijl sterven Nederlanders met een lagere opleiding gemiddeld 7 jaar eerder en leven ze bijna 15 jaar korter in goede gezondheid. Een slechte gezondheid bemoeilijkt ook het verrichten van arbeid en zo versterkt het ene probleem het andere. Je zou dus kunnen zeggen dat als we elke Nederlander met een lage opleiding een wearable geven, allerlei leefstijlproblemen na enige tijd als sneeuw voor de zon verdwijnen.
Of is het niet zo simpel?

Want ik geef het je te doen, wanneer ik zou kampen met grote schulden en geen of ongezond werk zou hebben, zou ik ook weinig zin hebben een apparaat aan te schaffen dat meet of ik wel 10.000 stappen zet. Ik zou heel andere dingen aan mijn hoofd hebben zoals het eindeloos gepuzzel met geld om de maand door te komen. Een geldteller om de pols is misschien een
urgentere gadget.

Een van de grote belemmeringen is ook, wat met een mooi woord gezondheidsvaardigheden heet: lukt het iemand informatie te vinden over zijn of haar gezondheid, deze informatie te begrijpen en toe te passen bij keuzes die over hun gezondheid gaan? Maar helaas is 1 op de 9 Nederlanders laaggeletterd en heeft dus moeite om informatie te vinden en te begrijpen.

Bij hen belemmert een slechte beheersing van de Nederlandse taal in belangrijke mate een goede gezondheid. Wanneer je ziek wordt en je klachten niet goed kunt uitleggen aan je arts en daarna niet goed begrijpt hoe je een medicijn moet innemen, helpt dat het genezingsproces niet echt.

Is een investering in gezondheidsvaardigheden dan niet een veel beter idee dan meebetalen aan wearables, of moet je het ene doen en het andere niet laten?

In elk geval ben ik er trots op dat Zorg en Zekerheid deze lastige vraag begrijpt en ter harte neemt. Naast forse investeringen in diverse EHealth-toepassingen, blijven we ook oog houden voor verzekerden die in de knel komen door lage taalvaardigheid. Dus hebben we met huisartsen uit Leiden en Alphen aan den Rijn het mogelijk gemaakt dat wanneer iemand bij de huisarts of op de huisartsenpost komt en de Nederlandse taal niet beheerst, er gebruik
gemaakt kan worden van een Tolkentelefoon. Want alleen als je elkaar verstaat en begrijpt kun je kijken hoe je zo gezond mogelijk kunt blijven en welke stappen je daarvoor moet zetten.

Erik Kramer
Senior zorginkoper eerstelijn