10
GeZZond 36 | maart 2016
is het overheidsbeleid erop gericht
dat mensen in de terminale fase kun-
nen sterven op hun plek van voorkeur.
Zo heeft de overheid een Nationaal
Programma Palliatieve zorg laten
ontwikkelen, waarvan het doel is dat
in 2020 iedere burger mag rekenen
op goede palliatieve zorg op de juiste
plaats, op het juiste moment en met
de juiste zorg en ondersteuning. Bin-
nen dit programma is aandacht voor
de duurzame samenhang tussen prak-
tijk, onderzoek en onderwijs.
Jaar van de palliatieve zorg
Ook Zorg en Zekerheid draagt bij aan
verbeteringen in de palliatieve zorg,
zodat mensen in de laatste levensfase
thuis kunnen overlijden, als dat hun
wens is. Annette Zwart, adviserend
geneeskundige bij Zorg en Zekerheid:
‘Zorg en Zekerheid heeft dit jaar uit-
geroepen tot Jaar van de Palliatieve
Zorg. We streven ernaar samen met
onze zorgpartners goede palliatieve
thuiszorg mogelijk te maken. Juist
voor mensen in hun laatste levensfase
wil je dat die zorg goed geregeld is.
Daarom vergoeden we sinds 1 januari
2016 bijvoorbeeld palliatieve telefo-
nische consultatie. Deze maatregel
maakt het voor de huisarts gemakke-
lijker een specialist te raadplegen bij
de zorg voor een palliatieve patiënt.
Ook kunnen huisartsen ondersteund
worden door organisaties als REOS
(organisatieadviesbureau voor de
zorg en het sociaal domein) en
Transmuralis bij het opzetten van
palliatieve eerstelijnsnetwerken in
de regio.’
Palliatieve overdracht
Maaike Scheffer is netwerkcoördina-
tor palliatieve zorg bij Transmuralis
(een samenwerkingsverband tussen
verpleeg- en verzorgingshuizen, thuis-
zorg, ziekenhuizen, revalidatiezorg
en GGZ in Zuid-Holland Noord). ‘Om
tegemoet te komen aan wensen van
palliatieve patiënten, moeten zorgver-
leners kennis hebben van het
netwerk; ze moeten weten wie wat
doet en welke mogelijkheden er zijn.
Ook moeten ze met de patiënt be-
spreken wat zijn of haar persoonlijke
wensen zijn in de laatste levensfase.
Hiermee kunnen de zorgverleners
helpen de patiënt de regie te laten
nemen. Eveneens is samenwerking
tussen zorgverleners erg belangrijk in
deze fase. Ons netwerk ondersteunt
hen daarbij, bijvoorbeeld via oplei-
dingen en trainingen en door ontmoe-
tingen tussen zorgverleners onderling
te regelen, zodat ze kennis en ervaring
over palliatieve zorg kunnen uitwis-
selen en afspraken kunnen maken. We
doen ook kwaliteitsprojecten, zoals
de ontwikkeling van de palliatieve
overdracht van het ziekenhuis naar de
thuissituatie, waarin staat wat artsen
en verpleegkundigen hebben bespro-
ken met de patiënt. Daarbij kun je
denken aan afspraken over de plaats
van sterven, al dan niet reanimeren en
het gebruik van antibiotica.’
Laatste wensen
Jenny van der Gugten is coördinerend
verpleegkundige bij thuiszorgorgani-
satie Care2all in Leiden en heeft ruime
ervaring met palliatieve thuiszorg.
Ze kent het grote belang van de
afspraken waarnaar zowel Miranda
als Maaike verwijzen. Ook zij doet
haar werk bij mensen thuis op basis
van goed vastgelegde afspraken.
Samen met een collega ontwikkelde
Meer weten?
•
www.zorgenzekerheid.nl/ palliatieveconsultatie•
www.transmuralis.nl•
www.ongeneeslijk.nlze daarvoor een speciaal formulier
(anamnese), met daarin bijvoorbeeld
vragen over palliatieve zorg, over de
medische kant, zoals pijn, benauwd-
heid en angst, maar ook vragen over
zingeving en de wensen die een
patiënt nog heeft en vragen aan en
over mantelzorgers. ‘Mensen zijn
vaak terughoudend in het uitspreken
van hun wensen, omdat ze het eng
vinden deze aan te kaarten. Ze stel-
len zich afwachtend op en plaatsen
de huisarts vaak nog teveel op een
voetstuk. Maar, zoals Miranda al zei,
het is voor een patiënt belangrijk de
regie te pakken en laatste wensen uit
te spreken. Ik zie in de praktijk dat
wanneer dit gebeurt er rust komt en
dat onzekerheid en de kans op paniek
verminderen. Dan komt er ruimte voor
andere zaken, zoals nadenken over de
laatste levenswensen en het naderend
afscheid. En dat is zo ontzettend
waardevol, voor zowel de patiënt
zelf, als de mensen om hen heen.
Om daarin een rol te kunnen spelen,
is voor mij het allermooiste deel van
mijn werk.’
Miranda Heemskerk
(links) en Maaike
Scheffer
FOTOGRAFIE Jurgen Huiskes