9
maken gebruik van het internet en deze vergelijkings-
sites in het bijzonder. Voor één specifieke doelgroep in
het gezinssegment is succesvol een speciale
aanbieding van een aanvullend pakket, de AV-GeZZin-
Compact, voor distributie via het internet ontwikkeld.
De succesvolle introductie betekent een meer dan
verdubbeling van het aantal verzekerden voor deze AV.
De trend naar geen of een goedkopere AV is
desondanks in de afgelopen overstapperiode nog niet
gekeerd. Ten opzichte van vorig jaar liep het percentage
aanvullend verzekerden verder licht terug van 88% naar
86%. De doorwerking van de economische crisis in
verminderde koopkracht bij een grote groep
verzekerden blijft een grote rol spelen.
De uitdaging voor de komende jaren blijft het in stand
houden van de financiële toegankelijkheid van, ook in
preventieve zin belangrijke vormen van, zorg als
tandheelkunde, fysiotherapie en psychologische hulp.
Steeds meer collectieve relaties, uiteenlopend van
gemeentelijke collectieven voor sociale minima tot
grotere werkgeversorganisaties, onderschrijven
gelukkig dit belang voor hun werknemers en uitkerings-
gerechtigden. Door onze AV’s op maat aan te bieden,
aangepast aan de specifieke verzekeringswensen van
deze collectieven, kunnen er aantrekkelijke
aanbiedingen gedaan worden die bijdragen aan een
hoge deelnemingsgraad. Zo steeg voor het collectief
voor de scheepvaart (AZVZ) het aantal aanvullende
verzekerden met 12%. Vanuit het gemeenschappelijk
belang van goede zorg voor deelnemers van het
collectief én onze verzekerden is het mogelijk de risico
solidariteit voor AV’s op een gezonde basis te blijven
organiseren.
Zorgmarkt
De zorgmarkt in Nederland was in 2012 aan grote
veranderingen onderhevig. 2011 was een beleidsrijk
jaar dat resulteerde in vele veranderingen op diverse
zorgsectoren die in 2012 in werking traden. Op vele
terreinen werd door de minister een forse stap gezet in
verdere liberalisering. Een aantal van die markten had
een periode een pas op de plaats gemaakt wat betreft
aanpassingen, maar in 2012 werden grote stappen
gezet. Voor veel sectoren waren de aanpassingen een
bijna volledige stap op weg naar volledige liberalisering.
Een forse stap met zeer veel uitvoeringsproblemen
werd genomen in de ziekenhuismarkt. Allereerst was
daar een oud fenomeen uit de jaren negentig wat door
de minister uit de kast werd gehaald: een convenant
tussen partijen, waarbij landelijk een macro-beheersing
werd afgesproken. Zowel met specialisten als voor
ziekenhuizen werd een maximale groei in kosten van
2,5% afgesproken. Naast deze voorwaardelijke stap
werd in de bekostiging van ziekenhuizen twee andere
grote stappen gezet. De omzetting van DBC-systeem
naar DOT-systeem met aanpassing van 30.000
producten naar 4.000 producten en de invoering van
vrije tarieven voor 70% van de ziekenhuismarkt.
Dit alles ging gepaard met een transitiemodel voor een
periode van twee jaar die de ziekenhuizen zekerheid
moest bieden bij deze grote systeemaanpassing.
2012 werd gekenmerkt als een jaar met zeer veel
complexiteit, onduidelijkheden en onzekerheden en
daardoor beperkingen op het gebied van accountants-
verklaringen bij ziekenhuizen. Aanloopproblemen bij de
automatisering bij de ziekenhuizen, zeer late
contractering en daardoor facturering door ziekenhuizen
waren geheel 2012 zichtbaar. De onderhandelingen,
en daardoor ook de facturering, verliep traag door het
ontbreken van de nieuwe DOT-tarieven. De feitelijke
prijzen werden zeer laat bekend en vertegenwoordigde
niet de exacte waarde. De prijs/prestatieverhouding
was en is niet goed vast te stellen doordat vergelijking
van prijzen tussen ziekenhuizen in deze eerste ronde
niet te maken valt. Daarom werden er in de markt veel
aanneemsommen of plafondafspraken gemaakt met
ziekenhuizen. In 2013, het tweede en laatste jaar met
het transitiefonds, zal markt breed nog bijna uitsluitend
met deze twee inkoopmethoden gecontracteerd
worden. De eerste prijs x volume afspraken zullen pas
vanaf 2014 in de markt komen. Daarnaast was er het
onderzoek naar toepassing van het transitiefonds door
zorgverzekeraars. Het onderzoek door onafhankelijke